Wat is een vakhavo ? 

Het concept vakhavo (beroepsgerichte havo?) is een leerlijn in de havo, die aansluit bij de behoefte van havisten om theorie en praktijk te combineren en de relevantie te zien door kennis in de praktijk toe te passen. 

De vakhavo is een uitwerking van het concept vhbo. Door havo als vhbo te benaderen wordt duidelijk dat deze opleiding voorbereidt op het hbo. Daarmee is naast een stevig avo-pakket de beroepsgerichte component vanzelfsprekend. 

Bij die voorbereiding hoort naast het aanleren van vakspecifieke kennis en vaardigheden, die aansluiten op de hbo-instroomcompetenties, ook het stimuleren van generieke vaardigheden of competenties die leerlingen nodig hebben om deel te nemen aan de maatschappij van de 21ste eeuw. 

Het beroepsgerichte vak wordt op competentieniveau beschreven; de content wordt in samenwerking met aanpalende hbo’s en beroepenveld ingevuld. 

Waarom zou een school voor het concept vakhavo kiezen? 

De vakhavo neemt de behoeften en kwaliteiten van de havoleerling als uitgangspunt voor het onderwijs. Voor havisten is het belangrijk dat ze de koppeling tussen theorie en praktijk kunnen maken, zodat ze de relevantie van het leren zien. Ze leren door doen en houden van afwisseling en uitdaging. Binnen een begrijpelijke structuur en met motiverende begeleiding kunnen havisten zelf hun leerproces organiseren en plannen, en verantwoordelijkheid dragen voor het eigen leerproces. 

Uit recent onderzoek door Louise Elffers en Miranda Vervoort (Op weg naar het hbo, 2018) blijkt ook dat havisten in Amsterdam kunnen aangeven wat ze nodig hebben: 

Het leren plannen, leren samenwerken en leren werken voor en in de beroepspraktijk zou volgens respondenten meer aandacht mogen krijgen in het havo. Ook havisten hebben behoefte aan meer ondersteuning vanuit de hbo-instelling bij het regelen van extra hulp of ondersteuning, en ook hopen zij op ruime ondersteuning bij het leren contact leggen met docenten in het hbo (Op weg naar het hbo, p. 28) 

In het havo lijkt met name behoefte te bestaan aan meer voorbereiding op het praktijkgerichte werken dat het beroepsonderwijs kenmerkt, en mag de nadruk op kennis en werken aan de hand van theorie juist een tandje minder van de respondenten (Op weg naar het hbo, p. 30). 

De vakhavo creëert extra mogelijkheden om op deze kenmerken in te spelen, door in het onderwijs een beroepenveld of sector centraal te stellen die past bij het interessegebied van de leerling. 

Daarnaast biedt de vakhavo een school de ruimte zelf een deel van het curriculum te ontwikkelen, binnen de aan het beroepsgerichte vak gestelde kaders. 

Vakhavo en vakmavo 

Ook binnen de ontwikkeling van de nieuwe inrichting van vmbo-g en vmbo-t wordt serieus nagedacht over de beroepscomponent. Meer dan de helft van de vmbo-t-leerlingen gaan via mbo 4 of havo uiteindelijk naar het hbo. Er is tegen deze achtergrond alle reden om gelijk op te trekken en de ontwikkelingen in de nieuwe vmbo-t en het havo te synchroniseren. 

Waarom zouden bedrijven een vakhavo stimuleren? 

De vakhavo legt de basis voor toekomstige werknemers die functioneren op hbo-niveau, maar ook de taal van de werkvloer spreken en het werk dat daar gedaan wordt begrijpen. Daarmee speelt de vakhavo in op vragen uit het bedrijfsleven. 

De ervaring opgedaan met het praktijkprogramma van de vakhavo draagt daaraan bij. 

Via de stage ontstaan bovendien al vroeg contacten tussen bedrijven en talentvolle jongeren. Het bedrijfsleven draagt bij aan de opleiding en vorming van havisten en geeft hen de kans om in de praktijk mee te draaien, te 

ontdekken welke carrièremogelijkheden er zijn, waar ze goed in zijn en in welke richting ze zich verder willen ontwikkelen. 

Wat is de meerwaarde van de vakhavo voor het HBO? 

Zoals eerder genoemd is het concept vakhavo geen vakopleiding. Het is een havo met een duidelijk omschreven en geïntegreerde beroepscomponent, die voorbereidt op een vervolgopleiding op het hbo. 

Leerlingen hebben weinig notie van wat er in de beroepswereld gebeurt. De vakhavo laat hen veel concrete ervaringen opdoen, zodat ze een goed en breed beeld krijgen van de sector waarvoor ze interesse hebben. Door te reflecteren op deze ervaringen krijgt de leerling steeds meer inzicht in eigen talenten, drives en grenzen. Daardoor groeit hij/zij toe naar een weloverwogen keuze voor een vervolgopleiding op het hbo. 

Het vak praktijk binnen de vakhavo 

Vakhavoleerlingen volgen een dag in de week een beroepsgericht programma volgens het 80-20-principe. In de onderbouw wordt dit uitgevoerd in een betekenisvolle omgeving op school, in de bovenbouw onder andere in een stagebedrijf. 

Het reguliere havoprogramma is aangepast naar vier dagen per week. Kenmerkend voor het concept vakhavo is dat de algemeen vormende vakken hun theorie meer benaderen vanuit de beroepspraktijk. 

Het beroepsgerichte vak kan al in de onderbouw aangeboden worden. Het is wel van belang rekening te houden met de ontwikkeling van het jongere kind (13/14 jaar ) tot en met examenkandidaat havo. De 14 jarige havist denkt nog concreet en wil het liefst concreet aan de slag. Gewoon is “ maken” of “doen”. Naarmate de havist ouder wordt neemt het abstractieniveau toe. 

In havo-4 zijn ze zover dat ze in een bedrijf stage kunnen gaan lopen. De stage wordt afgesloten met een eindopdracht waarin het PWS is opgenomen. 

Tenslotte is het belangrijk dat leerlingen ook een ervaring opdoen met een praktijk gerelateerde opdracht zonder dat ze iets maken. Gedacht moet worden aan het geven van een onderbouwd advies. 

In deze leerlijn groeit een vakhavist van vmbo denken via mbo denken naar aspirant hbo-student. Bijvoorbeeld, een leerling die voor de sector techniek kiest leert timmeren, draaien, installatie aanleggen, plannen, onderzoeken en ontwerpen en adviseren. Een vakhavist wordt geen timmerman of werkvoorbereider maar weet wel door ervaring wat timmeren of werkvoorbereiden is. 

Vormgeven van het vak praktijk. 

Mijn ideaal is dat iedere school het concept vakhavo vorm zou moeten kunnen geven afhankelijk van de eigen mogelijkheden, de belangstelling van de leerlingenpopulatie en de mogelijkheden die de directe omgeving biedt. Bij het begrip directe omgeving moet gedacht worden aan bijvoorbeeld goed bereikbare bedrijven en vmbo/mbo scholen/afdelingen. Het gaat dan om scholen/afdelingen die voorzien zijn van een goed geoutilleerde en passende werkomgeving. 

Omdat het vak praktijk moet passen binnen de mogelijkheden van een school vraagt het vak praktijk breed geformuleerde eindtermen die zodanig geformuleerd zijn dat ze ook toetsbaar zijn. 

Het vak O&O – het vak praktijk. 

De syllabus van het examenvak O&O heeft dit soort eindtermen. Deze eindtermen kunnen mijns inziens voor een groot deel gebruikt worden voor het vak praktijk. 

Het vak praktijk binnen de vakhavo onderscheid zich middels een expliciet gericht zijn op een bepaald beroepenveld. 

Een beroepenveld waar de school voor kiest en wat ook goed aansluit bij de populatie van de eigen havo. 

Het vak praktijk binnen de vakhavo maakt van de havo een VHBO Hierdoor wordt de havo een deel van de beroepskolom VHBO/HBO 

Het zou fraai zijn dat met het SLO verkend zou worden in hoeverre de eindtermen O&O gebruikt kunnen worden voor het vak praktijk en welke aanvullingen/aanpassingen er nodig zijn. 

Govert Kamerik
directie Calvijn College Goes, bestuurslid havisten competent

Henk van Ommen
rector-bestuurder Het Baarnsch Lyceum, voorzitter havoplatform 

1 oktober 2018